Wat zijn autoclaven en waarvoor worden ze gebruikt?

Dankzij de technologische vooruitgang is het mogelijk om levensbedreigende en gezondheidsbedreigende infecties te voorkomen. Met name op de plaatsen waar ze kunnen voorkomen. Zelfs als je er niet van op de hoogte bent. Dit is mogelijk dankzij autoclaven.

Autoclaven – wat zijn het en hoe werken ze?

Een autoclaaf is een apparaat dat wordt gebruikt voor de sterilisatie van diverse instrumenten. Hierbij valt te denken aan cosmetische, chirurgische, tandheelkundige instrumenten. Maar ook die welke worden gebruikt in salons voor esthetische geneeskunde, piercing- en tatoeagestudio’s. Dankzij de ontwikkeling van de technologie zijn autoclaven tegenwoordig veel kleiner dan vroeger. Terwijl tegelijkertijd hun efficiëntie toeneemt. Ze zijn onder meer sneller en gemakkelijker te gebruiken. Bovendien daalt de prijs van dergelijke apparatuur, waardoor deze steeds toegankelijker worden. Zij vormen een essentieel uitrustingsstuk in elk servicebedrijf waar herbruikbaar gereedschap in contact komt met het menselijk lichaam.

Waarom?

Omdat effectieve sterilisatie de basis is van een hygiënische en veilige service operatie. Een autoclaaf heeft de vorm van een hermetisch afgesloten verwarmde tank waarin de fysische processen worden uitgevoerd. Dankzij het aangepaste ontwerp worden een hoge druk en temperatuur in de kamer gehandhaafd. Wat de doeltreffendheid van de sterilisatie verhoogt. Bovendien leidt de condensatie van waterdamp tot het vrijkomen van energie die gevaarlijke micro-organismen volledig vernietigt. Dankzij zijn ontwerp maakt de autoclaaf een sterilisatieproces met hoge druk en stoom mogelijk dat micro-organismen doodt. Met inbegrip van gevaarlijke virussen en bacteriën en al hun permanente sporen.

Het gebruik van autoclaven onder stoomdruk is een van de meest bekende en doeltreffende methoden van sterilisatie. Sterilisatie is per definitie een proces van vernietiging van alle vormen van micro-organismen. Met inbegrip van sporenvormen. Een instrument dat steriel is, dus een sterilisatieproces heeft ondergaan, is volkomen veilig voor het menselijk lichaam. Sterilisatie is alleen doeltreffend als het materiaal goed is voorbereid. Maar ook het proces zelf moet goed worden uitgevoerd. En de instrumenten moeten na de sterilisatie goed worden bewaard.

De gebruikte apparatuur moet eerst worden ontsmet. Dat kan onder stromend water of door het in een wasmachine te wassen. Daarna moet het worden gedroogd en vervolgens met het oog op sterilisatie in een verpakking worden gewikkeld. Een juiste sterilisatie mag de eigenschappen van gesteriliseerde artikelen niet beschadigen of veranderen.

Een stukje geschiedenis

De geschiedenis van autoclaven gaat terug tot 1679. De eerste autoclaaf met een ventiel (veiligheidsklep), was tevens een prototype van de stoomketel. De autoclaaf werd uitgevonden door een natuurkundige van Franse origine – Denis Papin. In die tijd werd het “Papin’s pot” genoemd. Het werd gebruikt als voorloper van de moderne snelkookpan. Zijn functie werd voor het eerst gedemonstreerd in 1682 tijdens een receptie voor leden van de Royal Society in Londen. Het was aan hem te danken dat op dit feest gekookt voedsel kon worden gegeten.

Sinds die tijd zijn er veel veranderingen geweest in de fabricage en het gebruik van autoclaven. De meeste processen zijn geautomatiseerd, de apparatuur wordt elektronisch geregeld, voorzien van gedestilleerd water of aangesloten op het waterleidingnet, en de processen worden elektronisch gearchiveerd. Sommige apparaten hebben ook printerfuncties en displays die de bedrijfstoestanden van het apparaat aangeven.